Fast Logon Optimization is een beleid dat het aanmeldingsproces op Windows-computers versnelt. Met andere woorden, wanneer gebruikers hun computers opstarten, wordt dit beleid asynchroon geactiveerd, waardoor de tijd die nodig is voordat het inlogvenster verschijnt, wordt verkort. Dit betekent dat het aanmeldingsvenster verschijnt voordat het netwerk is geïnitialiseerd.
Beheerders kunnen de functie bewerken en beheren via de Editor voor lokaal groepsbeleid.
Windows 7 en Windows 8 schakelen standaard Fast Logon in voor domein- en werkgroepleden. Het besturingssysteem gebruikt inloggegevens in de cache om bestaande gebruikers in te loggen. Dankzij deze aanpak kunnen gebruikers sneller inloggen.
Er zijn ook uitzonderingen op deze regel. Bijvoorbeeld wanneer een gebruiker voor het eerst inlogt op zijn computer. In dit geval wacht de computer eerst tot het netwerk klaar is met initialiseren. De machine geeft het aanmeldingsvenster weer nadat het netwerk is geïnitialiseerd.
Beheerders kunnen het beleid ook bewerken om Fast Logon Optimization synchroon te maken. Dit betekent dat de computers van gebruikers zullen wachten tot het netwerk volledig is geïnitialiseerd.
Gebruikers moeten mogelijk twee keer inloggen nadat de functie Snelle aanmeldingsoptimalisatie is gewijzigd. Andere wijzigingen kunnen ook twee opeenvolgende logins vereisen.
Stappen om snelle aanmeldingsoptimalisatie uit te schakelen
- Ga naar Start en typ 'gpedit' in de Windows-zoekbalk.
- Dubbelklik op de Editor voor lokaal groepsbeleid om deze te starten.
- Klik dan op computer configuratie.
- Ga naar administratieve sjablonen.
- Selecteer Systeem en dan Inloggen
- Schakel de volgende optie uit: Wacht altijd op het netwerk bij het opstarten en aanmelden van de computer.
- Start uw machine opnieuw op.
Beheerders kunnen Snelle aanmeldingsoptimalisatie uitschakelen. Het wordt echter niet aanbevolen om deze functie uit te schakelen. Dit vertraagt het inlogproces.
Snelle aanmeldingsoptimalisatie is van toepassing op Windows XP, Windows 7, Windows 8, Windows Server 2003, Windows Server 2008 en Windows Server 2012.